Hostname: page-component-cd9895bd7-8ctnn Total loading time: 0 Render date: 2024-12-22T19:41:42.318Z Has data issue: false hasContentIssue false

A Contribution to the Scientific Study of the History of Trade Unions*

Published online by Cambridge University Press:  18 December 2008

Rights & Permissions [Opens in a new window]

Extract

Core share and HTML view are not available for this content. However, as you have access to this content, a full PDF is available via the ‘Save PDF’ action button.

The purpose of this article is to make a contribution to the scientific – that is to say, the analytical and explanatory – historiography of workers' trade unions in individual industries. The question to which an answer is sought is, “What factors determine the success of a trade union of the workers in a particular branch of industry ?” A trade union of workers is here defined as a sales cartel for labour power. By the success of such a trade union is meant its recognition by the employers concerned as an agent selling the labour power of the workers it represents; the recognition becomes a fact when wages and other conditions of employment are determined in the framework of a national Collectieve Arbeids-Overeenkomst (CAO) – a collective labour agreement, in which the trade union is a party in a formal contract.

Type
Research Article
Copyright
Copyright © Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis 1976

References

page 214 note 1 The background is described in greater detail in van Tijn, Th., “Geschiedenis van de Amsterdamse diamanthandel en -nijverheid, 1845–1897”, in: Tijdschrift voor Geschiedenis, LXXXVII (1974), pp. 1670 and 160201Google Scholar, in which will also be found a list of all sources and literature. Cf. also id., “De Algemeene Neder-landsche Diamantbewerkersbond (ANDB): een succes en zijn verklaring”, in: Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden, LXXXVIII (1973), pp. 403–18.Google Scholar

page 218 note 1 The results of the study of the printing and Twente textile industries are given here. They are based on data arranged according to factors in card indexes and given again in partial reports. It is not possible in this short article to refer to these data. I must limit myself to naming the titles of the publications, reports and papers from which they were taken.

Literature and sources used in the study of the printing industry: van der Does, G. W., Ontwikkeling van de bedrijfsorganisatie in de typografie (Amsterdam, 1921)Google Scholar; Vijf-en-twintig jaren boekdrukkersorganisatie in Nederland. Gedenkboek uitgegeven door de Federatie van Werkgeversorganisatiën in het Boekdrukkers-bedrijf, bewerkt door H. J. Belinfante en P. Borst (Amsterdam, 1934)Google Scholar; Wieringa, W. J., Ten dienste van bedrijf en gemeenschap. Vijftig jaar boekdrukkers-organisatie, uitgegeven door de Federatie van Werkgeversorganisatien in het Boekdrukkersbedrijf (Amsterdam, 1959)Google Scholar; [Aleven, C. M. J.,] Gedenkbladen uit de geschiedenis der Roomsch-katholieke Vereeniging van Nederlandsche Drukkerspatroons, verzameld in opdracht van het bestuur ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan (The Hague, 1940)Google Scholar; J. Giele, “Het ontstaan van de typografen-vakorganisatie in Nederland (1837–1869)”, in: Mededelingenblad, op. cit., No 42 (1972), pp. 2–55; F. van der Wal, De oudste vakbond van ons land, 1866– 1916. Ontstaan en vijftigjarige werkzaamheid van den Algemeenen Nederland-schen Typografenbond [Nijmegen, 1916]; Hofman, J., zegen, Van zorg en. De Nederlandsche Christelijke Grafische Bond, zijn ontstaan en geschiedenis naar de voorhanden zijnde officiäele bescheiden beschreven (Amsterdam, 1927)Google Scholar; In volharding gezegend. Gedenkboek bij het vijftig-jarig bestaan van de Nederlandsche Christelijke Grafische Bond. 1902 –19 Mei – 1952. In opdracht van het hoofdbestuur samengesteld door J. A. Conjong [Nijkerk, 1952]; Leyn, B., stuwen, Van streven en. Een halve eeuw katholieke arbeidersorganisatie in de grafische bedrijven (n.p., 1950)Google Scholar; Grafisch Weekblad, the organ of the ANTB, 1906–15; Het Tarief, the organ of the NBvB, 1910–15.

page 222 note 1 Literature and sources used in the study of the Twente textile industry: Blonk, A., Fabrieken en menschen (Enschede, 1929)Google Scholar; van Heek, F., Sociale gevolgen van de economische crisis en depressie in Enschede (1929–1937). Openbare les (Amsterdam, 1937)Google Scholar; id., Stijging en daling op de maatschappelijke ladder. Een onderzoek naar verticale mobiliteit (Leyden, 1945)Google Scholar; Kroese, W. T., Vormen van samenwerking in de Nederlandse katoenindustrie (1929–1939) (Leyden, 1955).Google Scholar Permission was received to examine reports of the Sociological Enquiry into the Twente–Achterhoek textile industry, conducted under the aegis of the Sociological Institute of Leyden University from 1955 onwards. Especially useful for our purposes were: G. W. Reitsma, “Economische ontwikkeling in de katoenindustrie (van 1918 tot heden)”; C. E. Vervoort, “De betrekkingen tussen de organisaties van werkgevers en werknemers in de Twents–Achterhoekse textielindustrie (1918–1940)“; B. A. Sijes et al., “Overleg en strijd tussen arbeiders, fabrikanten en vakverenigingen in de Twentse textielindustrie (1922–1955)”. The following appeared in connection with the work of the above-named Sociological Enquiry: IJzerman, Th. J., Beroepsaanzien en arbeidsvoldoening met betrekking tot de arbeidsvoorziening in de Twents-Achterhoekse textielindustrie (Leyden, 1959).Google Scholar The following were also read: Grobben, H. D., “Sociale conflicten en sociale organisatie in de Twentse textielindustrie (1860–1912)”, in: Textielhistorische Bijdragen, XII (1971), pp. 3678; XIII, pp. 3875Google Scholar; De Textielarbeider, , the organ of De Eendracht, 19311941.Google Scholar