Hostname: page-component-78c5997874-s2hrs Total loading time: 0 Render date: 2024-11-20T04:04:05.106Z Has data issue: false hasContentIssue false

The Hyphen of National Culture. The Paradox of National Distinctiveness in Belgium and the Netherlands, 1860–1918

Published online by Cambridge University Press:  01 May 2010

Jo Tollebeek*
Affiliation:
OE Gesch.: Cultuurgesch. vanaf 1750, Blijde-Inkomststraat 21 - bus 3307, 3000 Leuven, Belgium. E-mail: [email protected]

Abstract

At the turn of the 20th century, intellectuals and artists in Belgium and the Netherlands were keen to define their respective national identities. One of the most striking ways of doing this was based on a paradox: in both Belgium and the Netherlands the idea came into being that their national distinctiveness actually lay in their being international. What set the Belgians, living in the heart of Europe, apart from the French or the Germans, so the thinking went, was precisely the fact that they were able to understand both the French and the Germans. And what made the Dutch different from the inhabitants of the major powers, it was emphasised, was the fact that they were attentive to the general interest, and not just their own national interest. This article focuses on the history of this remarkable ‘international patriotism’.

Type
Focus: Central and Eastern Europe
Copyright
Copyright © Academia Europaea 2010

Access options

Get access to the full version of this content by using one of the access options below. (Log in options will check for institutional or personal access. Content may require purchase if you do not have access.)

References

References and Notes

1. For the emphasis laid on this uniqueness, see inter alia: S. Berger with Donovan, M. and Passmore, K. (1999) Apologias for the nation-state in Western Europe since 1800. In: Berger, S., Donovan, M. and Passmore, K. (eds) Writing National Histories. Western Europe Since 1800 (London, New York: Arnold), pp. 314.Google Scholar
2. The literature has now become extensive. See recently, inter alia: J. Leerssen (2006) De bronnen van het vaderland. Taal, literatuur en de afbakening van Nederland, 1806–1890 (Nijmegen: Vantilt); and Jensen, L. (2008) De verheerlijking van het verleden. Helden, literatuur en natievorming in de negentiende eeuw (Nijmegen: Vantilt).Google Scholar
3. See inter alia van Santvoort, L., de Maeyer, J. and Verschaffel, T. (eds) (2008) Sources of Regionalism in the Nineteenth Century. Architecture, Art and Literature (Leuven: Leuven University Press).Google Scholar
4.Knippenberg, H. and de Pater, B. (1988) De eenwording van Nederland. Schaalvergroting en integratie sinds 1800 (Nijmegen: SUN); and R. van Ginkel (1999) Op zoek naar eigenheid. Denkbeelden en discussies over cultuur en identiteit in Nederland (The Hague: SDU), pp. 9–33.Google Scholar
5. For a broader perspective, see Tollebeek, J. (2001) National identity, ‘international eclecticism’ and comparative historiography. Studies in Ethnicity and Nationalism, 1, 37.CrossRefGoogle Scholar
6. For biographical details Gobbers, W. (1967) Stecher (Jean-Auguste). Biographie Nationale, 34, 726734.Google Scholar
7.Stecher, J. (1859) Flamands et Wallons (Liège, Paris, Leipzig: Renard), pp. 67.Google Scholar
8.Fredericq, P. (1914) Notice sur Jean Stecher. Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 80, 411.Google Scholar
9.Stecher, J. (1886) Histoire de la littérature néerlandaise en Belgique (Brussels: Lebègue), pp. 351352.Google Scholar
10.Busken Huet, C. (1881) Het Land van Rubens. Belgische reisherinneringen (Amsterdam: Loman), p. 239.Google Scholar
11. The link between Stecher and Pirenne was previously made in Vercauteren, F. (1959) Cent ans d’histoire nationale en Belgique (Brussels: La Renaissance da Livre), vol. 1, pp. 186187.Google Scholar
12. See the detailed treatment in Tollebeek, J. (in press) At the crossroads of nationalism. Huizinga, Pirenne and the Low Countries in Europe. European Review of History/Revue européenne d’Histoire.Google Scholar
13.Pirenne, H. (1900) La nation belge (Brussels: Lamentin), pp. 3 and 6.Google Scholar
14.Pirenne, H. (1902) Histoire de Belgique (Brussels: Lamentin), vol. 1, pp. VIII–IX and XI.Google Scholar
15.Ebels-Hoving, B. (1981) Henri Pirenne (1862–1935). In: Huussen, A. H. Jr, Kossmann, E. H. and Renner, H. (eds) Historici van de twintigste eeuw (Utrecht, Antwerp, Amsterdam: Spectrum), p. 33.Google Scholar
16.Colenbrander, H. Th. (1912) Un grand historien belge. M. Henri Pirenne. In: Manifestation en l’honneur de M. le professeur Pirenne (Mons: Deguesne), pp. 116120 (esp. 118–119) and H. Th. Colenbrander (1920) Hedendaagse geschiedschrijvers. In: H. Th. Colenbrander, Historie en leven (Amsterdam: Van Kampen), vol. 3, 186–213 (esp. 209–210 and 213).Google Scholar
17. See inter alia Aerts, R., de Liagre Böhl, H., de Rooy, P. and te Velde, H. (1999) Land van kleine gebaren. Een politieke geschiedenis van Nederland 1780–1990 (Nijmegen: SUN), pp. 143149.Google Scholar
18.Blok, P. J. (1891) De invloed van naburige volkeren op de ontwikkeling der Nederlandsche maatschappij. (Eene schets). In: Tijdschrift voor Geschiedenis, 6, 155–189 (quotation: 188–189).Google Scholar
19. Quoted in Kossmann, E. H. (1995) Hollandse middelmaat: De Gids 1837–1987. In: Kossmann, E. H., Vergankelijkheid en continuïteit. Opstellen over geschiedenis (Amsterdam: Bert Bakker), pp. 5556.Google Scholar
20.Busken Huet, C. (1886) Het Land van Rembrand. Studiën over de Noordnederlandse beschaving in de zeventiende eeuw (Haarlem: Tjeenk Willink), vol. 1, pp. 1 and 3; and vol. 2, part 2, p. 417.Google Scholar
21. See the detailed treatment in Aerts, R. (1997) De letterheren. Liberale cultuur in de negentiende eeuw: het tijdschrift De Gids (Amsterdam: Meulenhoff), pp. 388424.Google Scholar
22.Aerts, R. (2005) ‘Hooger Leven’. De aspiraties van het fin de siècle-tijdschrift. In: de Bont, R., Reymenants, G. and Vandevoorde, H. (eds) Niet onder één vlag. Van Nu en Straks en de paradoxen van het fin de siècle (Ghent: Royal Academy of Dutch Language and Literature), pp. 2729.Google Scholar
23.Beyen, M. (2008) ‘Epater l’Avant-Garde’. De strijd van de Van Nu en Straks-erfgenamen tegen het etnocentrisme. In: de Bont, R., Reymenants, G. and Vandevoorde, H. (eds) Niet onder één vlag. Van Nu en Straks en de paradoxen van het fin de siècle (Ghent: Royal Academy of Dutch Language and Literature), pp. 265269 (however, cf. also the observation in M. de Ridder (2008) Ouverture 1912. Literatuur en Vlaamse Beweging aan de vooravond van de Grote Oorlog (Antwerp: AMVC), 66, no. 7).Google Scholar
24.van de Woestijne, K. (1991) Emile Verhaeren, Belg. In: van de Woestijne, K., Verzameld journalistiek werk (Ghent: University of Ghent), vol. 7, p. 297.Google Scholar
25. See Beckers, R. and Musschoot, A. M. (1998) Woestijne, Karel van de. In: Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (Tielt: Lannoo), vol. 3, pp. 3767–3768.Google Scholar
26.van de Woestijne, K. (1991) ‘La Querelle’. In: van de Woestijne, K., Verzameld journalistiek werk (Ghent: University of Ghent), vol. 7, p. 89.Google Scholar
27.van de Woestijne, K. (1949) Kunst en Geest in Vlaanderen. In: van de Woestijne, K., Verzameld werk (Brussels: A. Manteau), vol. 7, pp. 157–158, 162 and 168.Google Scholar
28.Van de Woestijne, K. (1991) Dagboek van den oorlog. In: Van de Woestijne, K., Verzameld journalistiek werk (Ghent: University of Ghent), vol. 7, pp. 505–506.Google Scholar
29. See de Ridder, M. (2008) Europeanism in one country. August Vermeylen, Paul van Ostaijen, and the international approach to nationalism. In: Bemong, N., Truwant, M. and Vermeulen, P. (eds) Re-thinking Europe. Literature and (Trans)national Identity (Amsterdam, New York: Rodoji), pp. 2132.Google Scholar
30.van Ginkel, R. (1999) Op zoek naar eigenheid. Denkbeelden en discussies over cultuur en identiteit in Nederland (The Hague: SDU), pp. 3539.Google Scholar
31.Tollebeek, J. (1990) De toga van Fruin. Denken over geschiedenis in Nederland sinds 1860 (Amsterdam: Wereldbibliotheek), pp. 8890.Google Scholar
32. See inter alia van Sas, N. C. F. (2004) Fin de siècle als nieuw begin. Nationalisme in Nederland rond 1900. In: van Sas, N. C. F., De metamorfose van Nederland. Van oude orde naar moderniteit, 1750–1900 (Amsterdam: Amsterdam University Press), pp. 577591.Google Scholar
33. See te Velde, H. (1992) Gemeenschapszin en plichtsbesef. Liberalisme en nationalisme in Nederland, 1870–1918 (The Hague: SDU), pp. 231235.Google Scholar
34.van Vollenhoven, C. (1913) De eendracht van het land (The Hague: Nijhoff), p. 13.Google Scholar
35.Boogman, Cf. J. C. (1991) Achtergronden, tendenties en tradities van het buitenlands beleid van Nederland (eind zestiende eeuw – 1940). In: van Sas, N. C. F. (ed.) De kracht van Nederland. Internationale positie en buitenlands beleid (Haarlem: Becht), pp. 3031.Google Scholar
36. For the latter: van der Lem, G. A. C. (1986) ‘Onze grijze tempeltjes’. De historische bijdragen in De Gids tijdens het redacteurschap van Colenbrander en Huizinga. Tijdschrift voor Geschiedenis, 99, 430452.Google Scholar
37.Huizinga, J. (1948) Duitschlands invloed op de Nederlandsche beschaving. In: Huizinga, J., Verzamelde werken (Haarlem: Tjeenk Willink), vol. 2, p. 331.Google Scholar
38. See Krul, W. E. (1990) Historicus tegen de tijd. Opstellen over leven en werk van J. Huizinga (Groningen: Historische Uitgeverij), p. 259. Cf. A. van der Lem (1997) Het Eeuwige verbeeld in een afgehaald bed. Huizinga en de Nederlandse beschaving (Amsterdam: Wereldbibliotheek).Google Scholar